Waterschap Brabantse Delta start met de voorbereidingen van een project om fosfaat en ijzer terug te winnen uit het afvalwater. Deze stoffen vormen in het afvalwater een verbinding die we vivianiet noemen. Dat is een belangrijke grondstof voor de landbouw en (voedings-)industrie. Onder andere voor het maken van kleurstoffen.  Voor dit project is subsidie toegekend door het Europese LIFE-programma.

Wereldprimeur

Het project bestaat uit de voorbereidingen voor de bouw van een speciale installatie, gebaseerd op een door het bedrijf Kemira gepatenteerde techniek ViviMag®, op de rioolwaterzuivering Nieuwveer bij Breda. We willen minimaal 60% van het fosfaat uit het afvalwater terug te winnen. De installatie moet in 2025 in gebruik worden genomen en is dan de eerste in zijn soort in de wereld. Het terugwinnen van vivianiet is succesvol gebleken uit een proef die eerder op de zuivering Nieuwveer is uitgevoerd.

Milieuwinst

De terugwinning van vivianiet draagt bij aan de circulaire ambities van het waterschapsbestuur om meer innovaties te stimuleren. En om meer energie en grondstoffen uit het afvalwater te halen. Het is ook één van de pijlers in het Waterbeheerprogramma 2022 – 2027.

Het sluit tevens aan bij landelijke afspraken van de waterschappen om in 2050 circulair te zijn.

Essentiële bouwstof

Fosfaat is een essentiële groeistof voor planten, dieren en voor mensen. De combinatie van ijzer en fosfaat is belangrijk voor de menselijke stofwisseling. Fosfaat komt via de uitwerpselen in het riool terecht. Door meer fosfaat uit het afvalwater te halen voorkomen we dat die stof in het oppervlaktewater komt waar het zorgt voor meer algenbloei. Het is dus belangrijk dat we dit fosfaat niet als afvalproduct zien van het zuiveringsproces maar juist als grondstof.

Rembrandt en Vermeer

Vivianietkristallen afkomstig uit afvalwater
Vivianietkristallen afkomstig uit afvalwater

Vivianiet is een mineraal dat in kristalvorm ook in de natuur voorkomt. Deze stof is onder andere de basis voor de productie van pigment voor de kleur blauw. Als delfstof werd het al in het verleden gebruikt voor het maken van verf. De blauwe verf die de beroemde schilders Rembrandt en Vermeer gebruikten voor hun schilderijen bevat bijvoorbeeld al vivianiet. Voor verschillende industriële processen lopen onderzoeken naar de bredere toepasbaarheid van vivianiet als alternatief voor gangbare materialen.

Kennisopbouw

Deze techniek wordt voor het eerst in de wereld op volledige schaal toegepast. Het project is zeer kansrijk en levert veel kennis op. Daarom is voor dit project een LIFE-subsidie toegekend. LIFE is een Europees subsidieprogramma dat bijdraagt aan het realiseren van het Europese milieu-, energie- en klimaatbeleid. Voor de kennisopbouw en verspreiding van deze techniek over heel Europa dragen andere partners in het LIFE-project bij.

De techniek heeft al internationale erkenning gekregen tijdens een bijeenkomst van de International Water Association (IWA) in 2022.

Samenwerking

Waterschap Brabantse Delta is hoofdpartner van het project. Het project is verder mogelijk door samenwerking met nationale en internationale partners. Dat zijn Stowa, AquaMinerals, Waterschapsbedrijf Limburg en Acciona (Spanje), Wetsus, TU Delft, Kemira en de support van het European Sustainable Phosphorus Platform, ICL, waterschap Rijn en IJssel en een Deens en Italiaans waterbedrijf. Het Spaanse Acciona is een semi-overheidsorganisatie die (afval)waterzuiveringen bouwt en beheert, vooral in Spaanstalige landen. Deze organisatie is zeer geïnteresseerd in deze techniek. Met hun expertise willen ze aantonen dat de techniek voor het terugwinnen van vivianiet breed toepasbaar is.

Niels Mureau lid van het dagelijks bestuur van waterschap Brabantse Delta: “Innovaties en onderzoek naar technieken om meer grondstoffen en energie uit afvalwater te halen zijn steeds belangrijker als onderdeel van het beleid om nationale en internationale klimaat- en duurzaamheidsdoelstellingen te halen. Samenwerking met partners en met kenniscentra is daarbij onmisbaar. Tegelijkertijd laten dit soort ontwikkelingen zien hoe machtig interessant het werken aan water is. En hoe gedreven alle watermensen samen hieraan bijdragen.”